Instellingen Bestand maken

De lijsten Bestandtype en Instellingen, bovenaan het venster met de instellingen voor Bestand maken voor alle bestandtypes, corresponderen met de vervolgkeuzelijsten Bestandstype en Instelling in de uitvoer-browser (zie Uw film maken). De meeste bestandstypen delen een gemeenschappelijk bedieningspaneel. Speciale bedieningspanelen worden gebruikt voor de bestandstypen Real Media en Windows Media.

Het gezamenlijke venster, dat hier wordt beschreven, wordt gebruikt door alle andere ondersteunde bestandtypen: 3GP, AVI, DivX, Flash Video, MPEG-1, MPEG-2 en MPEG-4 (inclusief iPod-compatibel en Sony PSP-compatibel) en de bestandstypen met alleen audio.

Met het venster kunt u de instellingen voor het bestand en de compressie instellen als u de instelling Aangepast hebt geselecteerd. De meeste bestandstypen ondersteunen een zekere mate van aanpassing.

U kunt aangepaste instellingen gebruiken om de grootte van het uitvoerbestand te minimaliseren, om de kwaliteit te verhogen of om het voor te bereiden voor een speciaal doel (zoals distributie via internet) als er eisen zijn op het gebied van kenmerken zoals framegrootte.

Pinnacle Studio image001 Instellingen Bestand maken

Het gezamenlijk instellingsvenster Bestand maken wordt gedeeld door alle bestandtypen met uitzondering van Real Media en Windows Media. Niet alle opties zijn beschikbaar voor alle bestandtypen.

Let op: Voor MPEG-2- en MPEG-4-bestanden is speciale decodeersoftware nodig. Zonder de juiste decoder op uw pc, kunt u deze bestandstypen niet afspelen.

Video-instellingen

Video invoegen: deze optie is standaard ingeschakeld. Als u het vinkje verwijdert, beschikt het uitvoerbestand alleen uit audio.

Alle codecs tonen: standaard is dit selectievakje niet ingeschakeld: alleen codecs die door Pinnacle Systems zijn gecertificeerd voor gebruik in Studio worden weergegeven. Als u de optie inschakelt, worden alle codecs weergegeven die op uw pc zijn geïnstalleerd.

Het gebruik van codecs die niet door Pinnacle Systems zijn gecertificeerd voor het maken van opnamen met Studio voorbeeldkwaliteit kan tot ongewenste resultaten leiden. Pinnacle Systems kan geen technische ondersteuning bieden voor problemen die gerelateerd zijn aan het gebruik van codecs die niet zijn gecertificeerd.

Opties: met de knop Opties opent u een codec-specifiek optiepaneel (indien beschikbaar).

Compressie: kies de compressor (codec) die het meest geschikt is voor het beoogde gebruik. Voor het maken van een AVI-bestand, kiest u compressie-instellingen voor de mogelijkheden van en de codecs die worden ondersteund door de computer van de persoon die uw werk gaat bekijken.

Pinnacle Studio image002 Instellingen Bestand maken

Resolutie: dit is een vervolgkeuzelijst met instellingen voor standaardopties voor Breedte en Hoogte. Met de instelling Aangepast kunt u de dimensies direct instellen.

Breedte, Hoogte: de beeldgrootte wordt gemeten in pixels. De standaardinstelling is de resolutie waarmee Studio opneemt. Door de breedte en hoogte te verlagen, wordt de bestandsgrootte aanzienlijk verkleind.

Pinnacle Studio image003 Instellingen Bestand maken

Framesnelheid: de standaard framerate is 29,97 frames per seconde voor NTSC en 25 frames per seconde voor PAL. U kunt de framerate lager zetten voor applicaties zoals webvideo.

Pinnacle Studio image004 Instellingen Bestand maken

Kwaliteit/Gegevenssnelheid: Afhankelijk van de gebruikte codecs kan met de geïntegreerde schuifregelaar het percentage van de gewenste kwaliteit alsmede de gegevenssnelheid worden ingesteld. Hoe hoger het ingestelde percentage, des te groter het daaruit voortkomende bestand.

Pinnacle Studio image005 Instellingen Bestand maken

Audio-instellingen

Bij veel toepassingen is het totaal geen probleem de bestandsgrootte minimaal te houden, wanneer dit gewenst is. De daaraan gekoppelde audiodelen kunnen worden ingesteld op de waarden 8-bit mono bij 11 kHz. Geadviseerd wordt bij filmcommentaar te volstaan met 8-bit 11 kHz. Stel bij muziek de waarden in op 16-Bit stereo met 22 resp. 44 kHz. In verband hiermee wordt conventionele audio-CD-muziek opgenomen in 16-Bit stereo met 44 kHz. Standaard wordt muziek op CD-ROM in 16-bits stereo gesampled op 44 kHz. Bij het kiezen van de juiste audiocompressie kan ook het volgende ezelsbruggetje helpen: 11 kHz is vergelijkbaar met AM-radiokwaliteit, 22 kHz komt overeen met FM en 16-Bit stereo met 44 kHz CD-kwaliteit.

Audio invoegen: deze optie is standaard ingeschakeld. Als u het vinkje verwijdert, heeft het uitvoerbestand geen geluid.

Opties: met de knop Opties opent u een codec-specifiek optiepaneel  – indien beschikbaar.

Compressie: de codecs die hier staan vermeld, zijn afhankelijk van het bestandtype.

Kanalen: de opties in deze lijst zijn Mono, Stereo en MultiChannel, afhankelijk van het bestandstype. De bestandsgrootte neemt toe als er meerdere kanalen worden gebruikt.

Samplefrequentie: digitale audio-bestanden worden gemaakt met kleine, discrete samples van analoge golfvormen, waarbij de kwaliteit toeneemt naarmate er meer samples ter beschikking staan. Zo worden bijvoorbeeld audio-CD’s met 44 kHz en 16-Bit stereo opgenomen. Voor de meeste doeleinden kunnen de opnamen ook al met 11 kHz worden gegenereerd, hetgeen vooral geldt voor filmcommentaar.

Gegevenssnelheid: met behulp van deze vervolgkeuzelijst bepaalt u de gegevenssnelheid, en daarmee de compressieratio, voor audio. Hogere gegevenssnelheden leiden tot hogere kwaliteit, ten koste van grotere bestanden.

Pinnacle Studio image006 Instellingen Bestand maken

Gegevensinstellingen

Het Sony PSP-compatibele bestandstype beschikt over een gedeelte met de naam Data dat u kunt gebruiken om een titel voor uw opgeslagen film aan te geven.

Algemene instellingen

Deze zijn gelijk aan de instellingen van het tabblad Schijf maken.

Instellingen Bestand maken