De camera of videorecorder configureren…
Controleer of het opnameapparaat correct is aangesloten voordat u begint met het genereren van de film.
Heeft uw opnameapparaat een DV-ingang, sluit deze dan op uw digitale videokaart aan met een IEEE-1394- (of “i.LINK”-)kabel. De connector op de camcorder moet de naam dv in/out hebben.
Let op: Bij machines die het opnemen terug naar de camcorder niet ondersteunen, waaronder veel PAL-apparaten, heet de DV-connector gewoon dv out.
Uitvoer met analoge audio-/videokabels
Hebt u een Studio-product met een analoge (TV- of video-)uitgang zoals Studio DVplus of DC10plus, sluit dan de videouitgangen van de opnamekaart aan op de ingangen van de videorecorder en de audio-uitgangen van de geluidskaart (of de opnamekaart indien van toepassing) op de audio-ingangen van de videorecorder.
Een televisietoestel of videomonitor aansluiten
Veel camcorders hebben een geïntegreerd scherm waardoor het niet nodig is een videomonitor aan te sluiten.
Anders moet u, om uw video te bekijken terwijl die wordt opgenomen, een televisietoestel of een videomonitor op de video-uitgangen van uw recorder aansluiten. Video-uitgangen zijn niet altijd beschikbaar op DV-camcorders.