Audio- en videoniveaus – analoog
Studio biedt uitklapbare panelen voor het regelen van video- en audioniveaus tijdens het opnemen Deze functie is met name handig wanneer u verschillen moet compenseren in video die van verschillende bronnen is opgenomen.
Video- (L) en audiopanelen (R) voor het instellen van niveaus tijdens analog opnemen
Hoewel u deze niveaus ook met de bijbehorende Video-effecten in de modus Bewerken kunt aanpassen, kan het correct instellen ervan voor opnemen voorkomen dat u zich later zorgen hoeft te maken om kleurcorrectie.
Het correct instellen van uw audio-opties terwijl u opneemt, helpt consistente volumeniveaus en kwaliteit.
Bepaalde opnameapparaten bieden wellicht minder opties dan hier worden weergegeven en besproken. Bij hardware die geen audio-opnamen in stereo ondersteunt, verschijnt bijvoorbeeld geen balansregelaar op het audiopaneel.
Kies het type video dat u gaat digitaliseren door op de bijpassende Bron-knop (Samengesteld of S‑Video) te klikken. Met de vijf schuifregelaars kunt u de helderheid (video gain of versterking), contrast (zwartniveau), scherpte, de kleurtoon en kleurverzadiging van de binnenkomende video regelen.
Let op: De schuifregelaar Kleurtoon verschijnt niet tijdens het opnemen vanaf PAL-apparatuur.
Gebruik de knoppen voor Audio-opname om te regelen of Studio de audio samen met de video moet opnemen. Selecteer de knop Uit als uw bron alleen video is. Met de schuifbalken in het vak kunt u het ingangsniveau en de stereobalans van de binnenkomende audio regelen.