Digitaal opnemen
Dit onderwerp bespreekt aspecten van het opnemen van een DV-bronapparaat (camcorder of videorecorder) en een 1394-poort. Klik hier om te lezen over het opnemen vanaf analoge hardware.
U hebt twee keuzes voor de manier waarop de videogegevens worden gecodeerd en gecomprimeerd in opnamen met volledige kwaliteit. Voor de meeste doeleinden, is het formaat DV de logische keuze, maar als u van plan bent uw voltooide film op schijf te zetten (VCD, S-VCD of DVD), kan het formaat MPEG-1 of MPEG-2 interessanter zijn.
Vanwege het intensieve rekenwerk dat voor coderen naar MPEG-2nodig is, zijn oudere computers wellicht niet snel genoeg voor toereikende MPEG-2-opnames. Het type opnamehardware en de opnamekwaliteit die u kiest zijn eveneens van invloed op het bepalen van de minimal noodzakelijke CPU-snelheid. Wanneer Studio in staat is te calculeren dat uw computer niet snel genoeg is om een bepaalde opname uit te voeren, wordt u van het probleem op de hoogte gesteld en krijgt u de gelegenheid de bewerking te annuleren.
DV is een formaat met hoge resolutie met overeenkomstig strenge eisen voor opslagruimte.
Uw camcorder comprimeert en slaat video op de band op met 3,6 MB/s, in een kwaliteit die overeenkomt met uitgezonden video. Tijdens het opnemen worden de videogegevens direct van de band van uw camcorder naar de harde schijf van uw PC overgezet, zonder wijzigingen of aanvullende compressie. Het opnemen van DV-video neemt een grote hoeveelheid ruimte op de harde schijf in beslag; kies daarom kleine segmenten om op te nemen in plaats van de gehele band als u op uw systeem rekening moet houden met de beschikbare ruimte.
U kunt de hoeveelheid benodigde ruimte op de harde schijf berekenen door de lengte van uw video in seconden te vermenigvuldigen met 3.6, dat het aantal benodigde megabytes als resultaat levert. Bijvoorbeeld:
1 uur video = 3600 seconden (60 x 60)
3600 seconden x 3.6 MB/s = 12,960 MB (12.7 GB)
Met andere woorden: 1 uur video gebruikt 12.7 GB ruimte.
Om in volledige kwaliteit op te nemen, moet uw harde schijf continu kunnen lezen en schrijven met een snelheid van 4 MB per seconde. Alle SCSI- en de meeste UDMA-stations kunnen dit aan. Wanneer u voor de eerste keer een opname start, test Studio uw station om er zeker van te zijn dat het snel genoeg is.
DVD en S-VCD schijven gebruiken allebei bestanden in het formaat MPEG-2, een uitbreiding van het formaat MPEG-1, dat voor VCD’s wordt gebruikt. MPEG’s die bedoeld zijn voor gebruik op internet hebben lagere resoluties en worden opgeslagen in het formaat MPEG-1.
Het optiepaneel Opnameformaat (Setup Ø Opnameformaat) omvat een keur aan opties om de kwaliteit van MPEG-opnamen te regelen.